Meer fosfaat bemesten? Nu tijd om te bemonsteren
18 april 2016 - Expertartikel
Tot uiterlijk 15 mei kunt u via de Gecombineerde Opgave aangeven dat u gebruik wilt maken van een hogere fosfaatgebruiksnorm. Wilt u hiervoor in aanmerking komen? Laat dan nu nog de percelen bemonsteren waarvoor u nieuwe gegevens nodig heeft.
De wettelijke maximale fosfaatbemesting (gebruiksnorm) is afhankelijk van de fosfaattoestand van de bodem. Sinds 1 januari 2010 wordt gewerkt met de categorieën arm, laag, neutraal en hoog om de fosfaattoestand aan te duiden. Op een perceel met een lage fosfaattoestand mag meer bemest worden dan op een perceel met een hoge toestand.
De grondmonsters voor de regeling fosfaatdifferentiatie mogen op 15 mei niet ouder zijn dan vier jaar. Dit houdt in dat percelen die bemonsterd zijn vóór 15 mei 2012 opnieuw bemonsterd dienen te worden. Houd daarbij rekening met een onderzoekduur van 10 werkdagen.
De regels op een rij
Hoe zit de regeling voor de fosfaatdifferentiatie (flex-P) ook alweer in elkaar? We zetten voor u de regels nog even op een rij.
- Is de grond niet bemonsterd en geanalyseerd? Dan moet u rekenen met de laagste fosfaatgebruiksnorm.
- Voor bouwland geldt het Pw-cijfer, voor grasland het P-Al cijfer
- Op percelen met een Pw die lager is dan 25 of een P-Al van minder dan 16 (fosfaatarme- en fixerende percelen) geldt een extra hoge fosfaatgift. Hier is reparatiebemesting mogelijk. Gestratificeerde bemonstering is dan wel een vereiste, anders komt u niet in aanmerking voor 120 Kg Fosfaat.
- Het analyseverslag is voor vier jaar geldig
- Op grasland en bouwland mag u, als uw percelen daarvoor in aanmerking komen, de extra hoeveelheid fosfaat in de vorm van kunstmest, dierlijke mest en andere organische meststoffen geven.
- Houd echter wel rekening met andere regelingen. Bijvoorbeeld: als u deelneemt aan de derogatie (veehouderij) mag u geen kunstmest gebruiken
- De hoeveelheid die u mag bemesten berekent u met de oppervlakte landbouwgrond die u op 15 mei bij uw bedrijf in gebruik hebt.
- U vermenigvuldigt de oppervlakte met de bijbehorende fosfaatgebruiksnorm. Dit doet u voor elke categorie (laag, hoog, neutraal, reparatie), voor (eventueel) zowel bouwland als grasland.
- Er is sprake van grasland als het gras bestemd is als ruwvoer. Landbouwgrond met graszaad of graszoden rekent u tot bouwland.
Zie hieronder de gebruiksnormen per categorie:
Fosfaatklassen:
BOUWLAND
Pw-waarde
Categorie
2014
2015
2016
2017
<25
Arm
120
120
120
120
25-36
Laag
80
75
75
75
36-55
Neutraal
65
60
60
60
>55
Hoog
55
50
50
50
GRASLAND
PAL-waarde
Categorie
2014
2015
2016
2017
<16
Arm
120
120
120
120
16-27
Laag
100
100
100
100
27-50
Neutraal
95
90
90
90
>50
Hoog
85
80
80
80
Wilt u meer weten over de fosfaatdifferentiatie? Raadpleeg dan de website van de Rijksdienst voor ondernemend Nederland.