Precies genoeg nutriënten tijdens het seizoen
23 april 2019 - Expertartikel
Om te weten of bijbemesten tijdens het groeiseizoen noodzakelijk is, heeft Eurofins Agro de BijmestMonitor ontwikkeld. Dit is een combinatie van grond- en gewasonderzoek tijdens het groeiseizoen. Het onderzoek maakt duidelijk wat de direct beschikbare nutriënten in de bodem zijn en welke nutriënten het gewas heeft opgenomen. Op basis van die uitslagen, volgt een bemestingsadvies en kunt u nauwkeurig bijmesten voor betere opbrengst en kwaliteit.
Het is voor telers de laatste jaren een hele opgave om de bodemvruchtbaarheid op peil te houden. Ze hebben te maken met een lagere aanvoer van nutriënten door minder mest. Daarbij komt dat gehaltes aan nutriënten in de mest vaak onbekend zijn en dat deze afnemen. “De werking van nutriënten in mest is vaak onzeker en door veel regenval in één keer neemt het risico op uitspoeling toe”, vertelt Alie Hissink, accountmanager van Eurofins Agro. “Omdat de bodemvruchtbaarheid daalt en het onduidelijk is hoeveel nutriënten een gewas opneemt is er behoefte aan een controlemoment tijdens de teelt.”
Onzekere variabelen
De eerste bemesting van een gewas is gebaseerd op bodemonderzoek, waarna telers gericht de bodemvoorraad aan hoofd- en sporenelementen op peil brengen. De BemestingsWijzer van Eurofins Agro geeft hiervoor adviezen. Wat er vervolgens in de loop van het groeiseizoen gebeurt in de bodem is moeilijk te voorspellen. Tijdens de teelt zijn er allerlei onzekere variabelen die invloed hebben op de werking van nutriënten in de bodem en het gewas. Zoals de neerslaghoeveelheid, temperatuur, hoe goed levert de bodem nutriënten na en hoeveel nutriënten komen er vrij uit de mest. Dat maakt het lastig om te weten of bijmesten noodzakelijk is en wat en hoeveel je moet bemesten. BijmestMonitor van Eurofins Agro geeft inzicht in noodzakelijke bijbemesting.
Effectief bijbemesten
Telers die gebruik maken van BijmestMonitor laten tijdens het seizoen gelijktijdig een grond- en gewasonderzoek uitvoeren. De monsters worden snel geanalyseerd en de telers en hun adviseurs krijgen adviezen of en welke nutriënten ze moeten bijsturen.
Een voorbeeld maakt duidelijk dat de combinatie van bodem- en gewasonderzoek nuttig is. “Het kan gebeuren dat een gewas te weinig kalium heeft opgenomen, dan zou je denken dat je kalium moet bijsturen. Maar als uit het bodemonderzoek blijkt dat de K-beschikbaarheid prima in orde is, is er iets anders aan de hand. Een oorzaak van een slechte opname van kalium kan ook een slecht nitraat(NO3)-voorziening zijn, omdat de bodemstructuur de opname verhindert. Bijsturen met N kan dan een betere remedie zijn dan bijsturen met K,” aldus Hissink.
BijmestMonitor legt deze verbanden bloot, waardoor teler en adviseur meer grip krijgen op de ontwikkeling en de kwaliteit van het gewas.” Omdat Eurofins Agro de data kan koppelen aan eerder bodemonderzoek (als dit aanwezig is) houdt het bemestingsadvies ook rekening met nalevering van nutriënten.
Telers ontvangen twee dagen na insturen van de monsters een verslag van één A4 met een bijmestadvies voor zowel hoofd- als sporenelementen. Nieuw dit jaar is dat het advies voor zowel de komende vier weken als voor de rest van het seizoen wordt gegeven. Ook vermeldt het verslag de standaard opbrengst waarvan de advisering uitgaat. Als daarbij een koppeling is gemaakt met de resultaten uit het grondonderzoek BemestingsWijzer wordt dit vermeld. Zo niet, dan gaat het advies uit van de regiogemiddelden.