Telen is steeds meer precisiewerk

3 juni 2019 - Expertartikel

 “Na 1 juli kan je in de uienteelt niets meer doen aan de bemesting. Het is daarom belangrijk dat je voor de zomer weet wat de toestand van de grond en het gewas is,” stelt Marcel van Hal, uienteler in de Hoekse Waard. “Telen is tegenwoordig precisiewerk en daarbij geldt meten is weten.”

“Voorafgaand aan de teelt doen wij daarom het uitgebreide grondonderzoek BemestingsWijzer. In het vroege voorjaar laten we een BodemCheck uitvoeren en half mei nog een keer het gecombineerde onderzoek BijmestMonitor. Daarbij wordt ook de opname door het gewas gecheckt. Met dit inzicht kan je in eind mei, begin juni nog bijsturen als dat nodig is.”

Van Hal teelt op gehuurd land. Om de zes jaar komt hij terug met uien. De basisbemesting bestaat dan uit een gift Patentkali en een gift Kieseriet. “Deze wordt voor het zaaien ingewerkt. Zo zorgen wij ervoor dat de kalium op orde is en dat we er zeker van kunnen zijn dat er voldoende sporenelementen in de bodem aanwezig zijn,” vertelt hij. “Bij de zaaiuien strooien we KAS voor het zaaien om zo te voldoen aan 80 tot 85 % van de stikstofbehoefte.”

In de teelt van uien is het zaak dat in het eerste deel van de teelt de nutriëntenhuishouding in de bodem én het gewas op orde is. “Als je na 1 juli nog gaat bemesten, krijg je allerlei problemen. Het gewas gaat slap hangen, de uien zitten slecht in de huid en kunnen kaal vallen en bovendien is dan de hardheid van de uien is meestal slecht.”

Precisielandbouw

Van Hal:  “Ik ben inmiddels al weer zo’n 25 jaar uienteler. Het spelletje wordt steeds moeilijker. We doen veel proeven om te leren hoe we beter met de bemesting en gewasbescherming kunnen omgaan.  Naast dat we grondonderzoek laten uitvoeren door Eurofins Agro, werken we ook met taakkaarten en volgen we met de sensoren van Dacom de vochttoestand in de grond. Op land waar tarwe is geteeld en waar vorig jaar droog is geoogst, zien we geen problemen. Maar op bietenland is het land echt kapot gereden. Daar zien we veel plekken met slechte structuur en daar zijn we extra alert op.”

Duurzaamheid heeft Van Hal hoog in het vaandel. Voor de gewasbespuitingen werkt hij met een wingsprayer met een op maat gemaakte spuit met wave voor driftreductie. Zo bespaart hij op middelen.

Hij besluit: “Aandacht voor de bodem en de omgeving horen er gewoon bij. Meten tijdens de teelt is door de jaren belangrijker geworden. Er komen daarvoor ook steeds meer goede instrumenten, zoals BijmestMonitor van Eurofins Agro, beschikbaar. Ik ben ervan overtuigd dat precisielandbouw de toekomst heeft.”