Haal voldoende eiwit uit najaarsgras

11 augustus 2021 - Veehouderij

De voorjaarskuilen van dit jaar bleven behoorlijk achter in eiwitgehalte, deze trend zet door in de eerste zomerkuilen. Daarmee komt de nadruk dit jaar te liggen op de najaarskuilen.

In de voorjaarskuilen zat gemiddeld 134 gram per kg droge stof. Opvallend is dat de eerste 220 analyses van de zomerkuilen (rond half juli) precies hetzelfde gemiddelde laten zien. De aanbeveling van dierenartsen is om op minimaal 15,5 procent ruw eiwit uit te komen in het rantsoen. Met deze kuilen wordt dat niet gehaald.  

De laatste jaren is te zien dat najaarskuilen steeds meer eiwit bevatten (figuur 1). Dit geeft aan dat de mogelijkheid er is om meer (en beter) eiwit in de komende najaarskuil te krijgen. Uiteraard is dit ook sterk afhankelijk van omstandigheden zoals het weer. 

De kuilen van dit jaar laten goed zien dat vooraf niet te voorspellen is welke kuilen goed zijn. Wacht daarom niet tot het einde van het jaar om alle snedes tegelijk te laten analyseren. Door meerdere snedes te onderzoeken gedurende het seizoen kun je eerder bijsturen in de bemesting. Op die manier heb je veel meer grip op de uiteindelijke kuil.

Wie een eerdere drijfmest gift heeft overgeslagen kan deze nu inzetten. Mocht die ruimte opgebruikt zijn kan een stikstofkunstmest gift gebruikt worden. Houdt daarna een periode aan van tenminste twee weken tussen de gift en het maaimoment omdat het nitraatgehalte anders te hoog is.

Figuur 1. Ruw eiwitgehaltes in graskuil per seizoen. Bron: Eurofins Agro 2021

Voor een goede hoeveelheid kwalitatief eiwit is onder andere het zwavel- en stikstofgehalte van belang. Stikstof zorgt voor de hoeveelheid ruw eiwit en zwavel draagt bij aan voldoende kwaliteit in de vorm van DVE (Darm Verteerbaar Eiwit). DVE beïnvloedt direct de melkproductie door de koe. Het is daarom van essentieel belang voldoende DVE in het rantsoen te krijgen.