Een vruchtbare bodem is de basis voor een optimale opbrengst, in zowel kwalitatieve als kwantitatieve zin. BijmestMonitor is een product om de vruchtbaarheid van de bodem te bepalen op het moment van keuze binnen het groeiseizoen. Zelfs als de grond goed voorbereid is voor de teelt, is er onzekerheid tijdens het groeiseizoen. Zijn alle essentiële voedingsstoffen beschikbaar?
Dit heeft voor een groot deel te maken met weersinvloeden: neerslag en temperatuur. Maar ook de daadwerkelijke opname door het gewas hebben een groot effect op de beschikbaarheid van voedingsstoffen. Een controle tijdens het seizoen levert de juiste informatie om betere managementbeslissingen te nemen, zodat het gewas nooit te weinig of te veel meststoffen krijgt. Zo is de opbrengst te optimaliseren en het gebruik van inputs te beperken. Testen in het seizoen kan gedaan worden met de BijmestMonitor, een combinatie van BodemCheck en GewasCheck. Een kenmerk van de BijmestMonitor is dat de analyse snel wordt uitgevoerd. Hierdoor kunnen tijdens het seizoen de beste managementbeslissingen adequaat worden genomen.
Gebruik in combinatie met BemestingsWijzer
Terwijl de BijmestMonitor tijdens het groeiseizoen kan worden gebruikt, registreert het onderzoek BemestingsWijzer de vruchtbaarheid van de bodem buiten het seizoen, wanneer de bodem in rust is. De informatie in de BemestingsWijzer geeft inzicht in de chemische, fysische en biologische bodemeigenschappen van een perceel. Het kan daarmee telers helpen met het ontwerpen van het meest geschikte bemestingsplan voor hun percelen.
Meer informatie over de BemestingsWijzer >
BodemCheck
Een onderdeel van de BijmestMonitor is de BodemCheck. Dit is een veldvochtige grondanalyse die inzicht geeft in de beschikbaarheid van de belangrijkste macro- en micronutriënten. Met deze analyse kan gecontroleerd worden of alles wat het gewas nodig heeft aanwezig is. De BodemCheck kan ook los van de GewasCheck worden uitgevoerd, wat wordt aangeraden als er (nog) niet voldoende plantenmateriaal op het perceel aanwezig is om het gewas te kunnen analyseren. Voor de adviesberekening worden een aantal voorraadparameters uit eerder uitgevoerde analyses (BemestingsWijzer of Bodem) op het perceel gebruikt, mits aanwezig.
GewasCheck
De tegenhanger van de BodemCheck binnen de BijmestMonitor, is de GewasCheck. Dit is een gewasanalyse die inzicht geeft in de aanwezigheid van macro- en micronutriënten in het plantenmateriaal. Deze voedingsstoffen zijn al opgenomen en worden opgeslagen in het plantenmateriaal. Eurofins heeft een uitgebreide database met streefwaarden voor een groot aantal gewassen, zodat je kunt controleren of de waarden die in de analyse van het plantenmateriaal gepresenteerd worden overeenkomen met de streefwaarden voor uw gewas. Zo kom je te weten of het gewas op de juiste weg is en of het weerbaar genoeg is. Ook kom je er zo achter of er te veel of te weinig van een bepaald element aanwezig is. Hoge chloridegehaltes kunnen bijvoorbeeld wijzen op zoutproblemen.
BijmestMonitor
De combinatie van de GewasCheck en de BodemCheck maakt de BijmestMonitor. Omdat de bemonstering voor beide analyses tegelijkertijd wordt uitgevoerd, worden de opname van voedingsstoffen door het gewas en de beschikbaarheid van voedingsstoffen in de bodem tegelijkertijd bepaald. De BijmestMonitor is een hulpmiddel om de gewasgroei verder te optimaliseren, aangezien de informatie over bodem en gewas elkaar perfect aanvullen.
De resultaten van de BijmestMonitor komen inclusief twee afzonderlijke bemestingsadviezen: één voor de komende vier weken en één tot het einde van de teelt.
BodemCheck | GewasCheck | |
---|---|---|
Macronutriënten | ||
Stikstof | ||
Nitraat | ||
Ammonium | ||
Zwavel | ||
Fosfor | ||
Kalium | ||
Calcium | ||
Magnesium | ||
Natrium | ||
Chloride | ||
Micronutriënten | ||
Silicium | ||
IJzer | ||
Zink | ||
Mangaan | ||
Koper | ||
Kobalt | ||
Borium | ||
Molybdeen | ||
Selenium | ||
pH | ||
Geleidingsvermogen | ||
Droge stof (plant) |
Downloads
Hier vindt u achtergrondinformatie en voorbeeldverslagen.
Naam | Datum | Bestand |
---|---|---|
Instructie monstername BijmestMonitor, BodemCheck | 14-07-2023 | |
Voorbeeldverslag BijmestMonitor | 15-09-2023 | |
Gewassenlijst BijmestMonitor | 20-06-2023 | |
Methoden grondonderzoek | 11-03-2024 |
Methoden uitgebreid beschreven
Bodemanalyse
Bodemanalyses worden uitgevoerd in veldvochtige grond. Dit betekent dat de grond niet wordt gedroogd, maar direct aan de extractievloeistof (0.01M CaCl2)wordt toegevoegd. Hierna wordt het extract geschud en gefiltreerd volgens de procedure. De laatste stap van de analyse is in het laboratorium. Hier worden de volgende stappen uitgevoerd:
- De pH wordt gemeten met een glaselektrode.
- Het geleidingsvermogen wordt geschat aan de hand van andere bodemkenmerken.
- Ammonium, nitraat, chloride en (ortho)fosfaat worden gemeten met een ‘discrete analyzer’ (DA) met fotometrische detectie.
- De andere plantbeschikbare nutrieten worden gemeten met ‘inductively coupled plasma mass spectrometry’ (ICP-MS).
Gewasanalyse
Gewasanalyses worden gedaan op ovengedroogd plantenmateriaal. Het materiaal wordt gedroogd op 70 oC. Het gedroogde materiaal wordt vermalen tot 1mm. Om de verschillende elementen in het plantenmateriaal te meten, wordt het monster vernietigd door salpeterzuur toe te voegen en met monster vervolgens met microgolven te verhitten. Organische verbindingen worden op deze manier afgebroken en alle elementen komen in de oplossing terecht. Deze oplossing wordt vervolgens gemeten met de ICP-MS. Chloride en nitraat worden echter opgelost in een waterextract en gemeten met de DA.
De totale hoeveelheid stikstof in de plant wordt gemeten met NIRS, omdat salpeterzuur stikstof bevat en daardoor die methode onbruikbaar is voor stikstof. De chemische referentiemethode voor stikstof in plantenmateriaal wordt bepaald volgens de Dumas-methodologie.
Vocht (of droge stof) wordt geanalyseerd door het monster voor- en na het drogen in de oven te wegen. Het resterende vocht in het plantenmateriaal is de vochtfractie die overblijft na het drogen in de oven.
NIRS
Nabij-infraroodspectroscopie (NIRS) werd voor vaste materialen ontwikkeld in de jaren 1960. NIRS maakt een snelle, kwantitatieve, niet-destructieve en kostenefficiente meting mogelijk van meerdere fysische, biologische en chemische bodem- en gewaskenmerken op basis van spectrale gegevens. Dit is mogelijk na het verzamelen van een grote dataset. Eurofins begon met het NIRS-systeem voor gewasanalyses in 1986 en voor bodemanalyses in 2003. Sindsdien zijn er meer dan 1.000.000 bodemmonsters geanalyseerd. Alle parameters die met NIRS worden geanalyseerd hebben een chemische referentiemethode. Op deze manier is Eurofins in staat geweest om de NIRS spectra, met toenemende precisie, te matchen met bodemparameters die veel worden gebruikt in de landbouw.
Methoden uitgebreid beschreven
Eurofins Agro analyseert monsters via volgens voorgeschreven en vastgelegde methoden. Op het analyseverslag staat de methode beknopt beschreven. Hier zie je ook welke methode door de Raad van Accreditatie is geaccrediteerd. We zetten dan een Q achter de methode.
In de tab Downloads staat in het document “Methoden grondonderzoek” een uitgebreide beschrijving van de methoden. Dit document is een aanvulling op de informatie op het analyseverslag.